Mirthe buigt demonstratief voorover, lacht, en neemt plaats op de kruk voor de piano, haar rug naar Sanne toekerend. 'Kun jij mijn korset nog iets strakker rijgen?' Ze draait haar bovenlichaam om naar haar collega. 'Wauw, sexy, die kousen, jarretels en dat bustier. Zwart staat je goed.' Ze keert zich weer om en strijkt over de satijnen bandjes rond haar eigen doorzichtige kousen - witte.
De lintjes kriebelen aangenaam over blote stukjes bovenbeen. Misschien kan ze Sanne overhalen met haar mee te gaan naar huis; ze heeft nog een fles champagne in de kelder staan.
Ze voelt Sanne's warme handen door het korset heen op haar rug , de rukjes aan de linten.
'Zo is het genoeg,' zegt ze, korter dan ze wilde.
Ze kan de open haard aansteken en ze heeft nog toast en roomkaas, en een bubbelbad - tweepersoons.
Maar eerst samen deze klus afmaken, een enorm leuke dit keer, en het is aangenaam warm in de centrale bordeelruimte; dat maakt ze wel eens anders mee.
Een fotograaf arriveert en stelt zich voor aan haar en Sanne, alvorens het decor en de belichting te controleren.
Ze krijgen allebei een poëziebundel, houden die voor hun gezicht en volgen zijn instructies op.
Een paar maanden later verschijnt het blad Schrijven Magazine met daarin Het Poëziebordeel, een artikel waarbij de foto's van hen beiden zijn geplaatst.
Mirthe leest het voor terwijl Sanne's hoofd op haar schoot rust.
'Zullen we de shoot vanavond nog eens overdoen?' vraagt ze.
'Jij denkt altijd alleen maar aan seks.'
'Er zijn slechtere dingen om aan te denken.' Mirthe streelt Sanne's haar. Net zijde.
'Ik zie je nooit een krant lezen.'
'Jij vertelt me wel wat ik moet weten. En ik lees tijdschriften.'
'Ja, van die sentimentele flutverhalen.'
'Wat is daar mis mee?'
'Niks - wanneer je dom wilt blijven.'
Ze duwt Sanne's hoofd van haar schoot.
'Hè, bah! Jij ook altijd. Je weet de sfeer telkens goed te verpesten met je zogenaamde intelligente gedoe.' Ze staat op en loopt met stijve benen naar de keuken, rommelt in de kastjes, slaat de deurtjes net iets harder dicht dan normaal.
'Koffie?' Haar stem klinkt schril.
'Jeetje, wat ben je weer lichtgeraakt, ik zeg alleen maar ...'
De rest hoort ze niet, het lawaai van het nespresso apparaat overstemt alle andere geluiden.
Ze plaatst de koffiekopjes op een dienblad. In haar eigen kopje doet ze stiekem een zoetje. Zo ongezond, bla, bla. Het theelepeltje tikt net tegen de rand van het kopje wanneer ze het zoetje door de koffie roert.
'Bij mij niet van die troep erin doen, hoor.'
Ze blijft even staan op de drempel tussen de keuken en de kamer, dan laat ze met een klap het dienblad op de grond vallen.
'Als je mij dan toch zo dom vindt, wat doe je hier dan eigenlijk nog? Het is nog altijd míjn huis, en ik doe hier wat ík wil.'
'Maar schatje toch, zo bedoel ik het ...'
'En het is vandaag precies vijf jaar geleden dat Sjors op een bermbom reed in Afghanistan. Dáár dan, heb je toch nog wereldnieuws. Ben je nu tevreden?'